Wat een gekakel om 8u45 bij de Deel. Langzaam verzamelen zich 74 fietsers en voor velen is het een weerzien na best een lange tijd. Sommige rijders hebben de winter door gereden maar dat gold zeker niet voor het gehele gezelschap. 7 groepen van 10 of 11 rijders vertrekken naar het centrum van Best. De route is grotendeels bekend maar loopt net anders dan iedereen gewend is. De eerste afvaller meldt zich reeds na 2 km: 28km/u op de teller is veel te hard en 70km veel te ver voor iemand die maanden (jaren?) niet op de fiets heeft gezeten.
De tocht verloopt zeer voortvarend met een frisse (-20 C) en stevige tegenwind, iedereen is blijkbaar blij weer op de fiets te zitten. Voor sommigen is het een walk in the park, voor anderen eerder op de piek van hun kunnen. Een aantal hebben er reeds 2000km opzitten en anderen 3,5 km van hun huis naar de Deel. Toch bereiken alle groepen Best binnen een relatief korte tijd.
Koffie met gebak, voor het eerst met zelfbediening, 74 mannen en vrouwen in lijn aan de bar voor koffie. Het keuvelen in groepjes is weer volop aan de gang en er moet ook veel kennis worden gemaakt met tal van nieuwe leden.
|
|
Karin krijgt het daarna voor elkaar om het gezelschap even stil te krijgen. De prijzen worden uitgereikt voor Hellenrijder en Modderrijder van het afgelopen seizoen. John van Kollenburg heeft nu eindelijk als Hellenrijder alle prijzen in de kast die de club kent. Jos Coppelmans was tweede en in dat klassement voor Roland Brans (niet aanwezig) geeindigd. De Modderduivel van 2022 was Erik Schellekens voor diezelfde John van Kollenburg en Peter Hornman (niet aanwezig).
De schade wordt opgenomen, Mark van Riel heeft een liesblessure die opnieuw opspeelt en wordt begeleid door Neel Spapens rustig naar huis gebracht via een kortere route. De rest gaat vol goede moed van start met de wind in de rug terug naar Goirle. Er is iets opmerkelijks met deze openingsrit, het is de langste openingsrit ooit, er wordt meer over fietspaden gereden dan ooit én we tellen geen enkele lekke band. Dat is volgens mij ook een novum, tenminste in de tijd dat ik bij de Hellen rijd.
Bij Mozes worden we opgevangen door een grijnzende Maarten Scholtze met het traditionele muntje, waarna de herrie weer oorverdovend werd. Een mooie start van het seizoen en nu zonder ellende op naar de rest van de kalender.
Hendrik Dejonckheere
|