De route in Luxemburg gaat grotendeels langs de Sûre en de Alzette. Wij zijn niet zo bekend met Luxemburg en vinden het hier overal zo schoon en vriendelijk ogend. Na de stad Luxemburg ben je al snel bij de grens. Het heldere frisse weer zorgt voor een weide blik op het landbouwgebied. De prachtige wolken doen ons meteen denken aan onze weerman Erwin Kroll die hierover altijd zo lyrisch kan worden. Maar wij vinden ze ook prachtig hoor.
Het is constant op en af en je merkt dat een rit van 75 km pittig is.
Maar de Franse keuken maakt dat allemaal weer goed. Overal kun je heerlijk eten en voor een prijs die je in Nederland nauwelijks nog ziet. En natuurlijk hoort bij lekker eten een glaasje wijn.
We rijden zoals gedurende de hele route over prima wegen. Wat opvalt is dat de Franse automobilist in een klim gewoon achter je blijft, wanneer de weg onoverzichtelijk is. Zal weer wennen worden straks thuis. Zoals we weten is Frankrijk nergens vlak. Na een paar dagen komen er meer hellingen en sommige hebben het kaliber Gulpenerberg. Geen schande dat Frank af en toe even een stukje loopt. Ik red het nog net met 1 op 1. Na Marnay verandert het landschap en gaan we richting hoogste punt van deze route: Plasne op 600 m. Deze klim doen we in het regenpak. Deze dag is nl. onze enige regendag. De automobilisten behandelen ons in de klim als VIP’s en af en toe gaat er zelfs een duim omhoog. Het laatste uur valt de regen met bakken naar beneden en bereiken we als verzopen katten ons hotel in Doucier.
|
|
De volgende dag, een zondag, besluiten we een korte etappe van 45 km te pakken. We zijn al om 13.30 u in ons hotel en met een Volkskrant van de dag ervoor en de integrale uitzending van “Langs op de Lijn” op de Wereldomroep, hebben we een heerlijke zondag. Het regelen van de overnachtingen gaat in Frankrijk heel gemakkelijk. In het noorden moet je nog even goed plannen maar na Marnay is dit geen enkel probleem. Wij waren van plan zo veel mogelijk te kiezen voor chambre ´d hôtes maar waarschijnlijk door het tijdstip van het jaar waren een aantal mensen niet thuis. De 2**-hotels zijn prima en hebben vaak een goede keuken. Maar een keer hadden we pech toen we rond Loyettes in een straal van 10 km wel 15 adressen hadden volgens ons boekje en het supplement. Nergens plaats en uiteindelijk vonden we na een etappe van 132 km een hotel vlakbij een vliegveld in Lyon. Gelukkig hadden we die dag een dalend traject en de mistral in de rug. Achteraf was dit de enige dag waarop het een beetje spannend was. Voor de rest verliep alles heel voorspoedig. In Nederland kennen we de organisatie van "vrienden op de fiets". Een chambre ‘d hôte is toch weer anders. Meestal is de kamer een stuk groter en soms kun je er ook de warme avondmaaltijd gebruiken. In Brulange zaten we op zondag gezellig met het gezin, met 3 kinderen tussen 14 en 18 jaar, aan tafel en merkten dat de voorbereiding op de week niet verschilt t.o.v. die in Nederland. Prachtig om die flashback naar je eigen gezin nog eens mee te maken.
|