Kalender
Door: Arno Brouw
Zaterdag, 28 augustus 2005
Klassieker “Diekirch-Valkenswaard” gezien vanuit groep C
Pak een willekeurig wielertijdschrift en onderdelen uit het verhaal dat ik nu ga vertellen staan er in, zo klassiek zijn ze. Talloze malen eerder is het al gebeurd, onder andere in de rit Diekirch-Valkenswaard van 27 augustus jongstleden en omdat ik daar zelf meereed is het nu mijn beurt het te vertellen.
Geluk is een bestanddeel van vorm en in onze groep zat wat dat betreft voldoende geluk. Op een enkeling na die al langer niet in vorm is door lichamelijke klachten heeft iedereen in meerdere of mindere mate bijgedragen aan de vorm van de groep. Waar de een niet verder kwam dan volgen deed de ander extra kopwerk. Een verder bestanddeel om vorm in de groep te laten groeien is edelmoedigheid binnen de groep. Wat dit onderdeel betreft ook niet anders dan lof, degene die in staat waren iets extra’s te geven hebben dit gedaan zodat de minderen konden volgen. Ook al hebben enkele uit de groep in het klimgedeelte van de etappe meer dan eens moeten lossen, uiteindelijk is de groep bij elkaar kunnen blijven en zijn we gezamenlijk de finish gepasseerd. Op onze enige uitvaller Hans van Essen na dan, die vanwege rugpijn de rit heeft moeten staken. Plezier geldt ook als onderdeel van vorm en dat was er voldoende in onze groep, naast het nog gebruikelijke opnaaien. Toen uiteindelijk iedereen de stevige klim van de Thommerberg achter zich had en boven wat stond uit te blazen had Theo de opmerking: “En nu nog even binnen een kwartiertje naar de eerste controlepost in St. Vith want we moeten om half elf binnen zijn”. Vanaf veelal vermoeide gezichten kwamen rare blikken waarin was af te lezen: “Hoe kan dat, zo slecht rijden we toch niet?” Toen bleek dat sprake was van een grapje. Niet tot half elf maar tot half twaalf hadden we tijd. Ik kan gerust zeggen dat alle aspecten van vorm in onze groep uitstekend waren en dat mijn vorm niet kapot te krijgen was tijdens de rit, het kon me deze dag niet zwaar genoeg zijn. Gedurende de rit is onze groep wel groter geworden. We hadden namelijk na zo’n 20 kilometer de B-groep gepasseerd die op dat moment lek hadden gereden en een deel van deze groep heeft zich later bij ons aangesloten. Wat ik ervan heb vernomen was het binnen deze groep, voor wat betreft de eerder genoemde bestanddelen van vorm, duidelijk minder gesteld. Het fijne ervan zullen jullie echter via andere bronnen moeten vernemen. Vanuit groep B sloten de volgende renners zich ergens tussen de tweede en de derde controlepost bij ons aan: Peter Jansen, Youri Jansen, Michael Hamilton, Cees Leijten, Dyon Staps en Jamie Verbraak om even later Dyon Staps alleen verder te zien fietsen bij een lekke band van Huub de Bie. Valpartijen en wat historische feitjes hierover Het was de renners niet aan te zien, maar tussen de renners die zo jolig op het startschot om klokslag 7.00 uur stonden te wachten stonden er die bang waren voor een valpartij. De angst voor een valpartij is algemeen in een groot peloton, en reëel. Uit statistieken blijkt dat in Nederland ongeveer eens per jaar een renner in een wedstrijd omkomt. Over valpartijen wordt alleen nagepraat als ze goed zijn afgelopen, over de dodelijke ongelukken hoor je zelden. Renners, die nooit vallen, bestaan niet en voorzichtigheid loont niet. |
Toen hij het ontstane gat wilde dichtrijden schakelde hij naar een groter verzet en voordat hij aanzette keek hij naar zijn achterwiel om te zien of de ketting goed spoorde. Een niet goed sporende ketting kan gevaarlijk zijn: hij springt onverwacht van de tanden, je trapt in het niets en valt. Kneteman constateerde dat zijn ketting goed lag, keek weer op, en zag de geparkeerde auto die hij niet meer kon ontwijken.Hoe voorzichtig hij ook is en hoe goed hij ook stuurt, een renner is altijd afhankelijk van anderen. Dit bleek duidelijk in de afdaling net na het passeren van de Belgische grens waar een jonge renner vlak voor ons viel nadat hij een bocht miste. Toen hij naar buiten ging om de bocht aan te snijden kwam een andere renner binnendoor, hij schrok, ging rechtdoor en ging over de kop in de sloot na de berm. De overige renners uit zijn groepje reden door op dat moment waarop wij stopten voor eerste hulp. Maaike bekommerde zich al snel om deze jonge renner die duidelijk veel pijn had aan zijn rechterbeen. Niet gek als je met zo’n zestig in het uur een salto gaat uitvoeren. Binnen onze groep reed iemand die deze gymnastische oefening op 11 juni al had uitgevoerd maar in een beduidend lagere snelheid. Al snel bleek dat er toch iemand van de groep waarin de jongen reed was teruggekomen en ondertussen hadden we ook al twee volgauto’s langs de kant staan. Toen duidelijk was dat hulp voor hem was geregeld gingen verder naar het stuwmeer van La Gileppe. Net voor Leende, zo’n 10 kilometer voor de finish, beleefden we onze tweede valpartij. Dat sprake was van een valpartij was ons niet direct duidelijk maar we hadden zo’n vermoeden. Op dat moment was het WTC De Hellen die voorop reed en volgden zo’n 40 tot 50 renners ons tempo. We passeerden een bruggetje en waarschuwden voor een kleine oneffenheid juist na het bruggetje. Ik reed met Peter Jansen op dat moment voorop en we hoorden een metaalachtige knal, waarbij we dachten aan lek in de groep. We keken om en vroegen of er lek was gereden maar kregen geen reactie uit onze groep, waarop we doorreden. Toen we bij de volgende bocht rechts af gingen bleek wel dat het lint met fel gekleurde wielertricots wat onze groep volgde bijna geheel was opgelost. Na het passeren van de finish hoorden we van Jan van Nunen dat Mark van Riel eerste hulp had verleend aan de renner die wij met een metaalachtige knal hadden horen vallen. Deze had meer pech dan de jonge renner eerder, hij had zijn sleutelbeen gebroken en verging van de pijn. Einde etappe voor hem.”Wim van est” Vlakker en vlakker Ter afsluiting wil ik alle deelnemers nog feliciteren met hun prestatie en wil ik onze organisatoren, supporters, chauffeurs en verzorgers bedanken voor hun inzet, steun en aanmoedigingen onderweg. Dit was mijn eerste Diekirch-Valkenswaard en ik hoop meer van zulke tochten te rijden met net zo veel plezier. |
|